Geld stroomt naar waarde
De kop van deze column is zo klaar als een klontje. En toch, lees deze eens twee keer. Want we rennen met z’n allen als doorgedraaide mantelbavianen achter geld aan, terwijl (toegevoegde) waarde zoveel meer betekent. In grote lijnen kiezen we als agrofood eerder voor kwantiteit en kostprijs dan voor kwaliteit en waarde. Dat is logisch, onze land- en tuinbouw is gebaseerd op een kostprijsmodel. Dat is een race naar de bodem. Een doodlopende straat. Met alle uitwassen van dien. Lage lonen, arbeidsmigranten huisvesting.
Modern circulair
Door meer inclusief en circulair te denken kunnen we een gouden eeuw bouwen op ons historische AgroFood-fundament. Immers onze uitgangspositie is ijzersterk en alle lichten en trends richting verduurzaming, inclusief anti-verspilling en gezondere voeding, staan op groen voor onze circulaire stad die Nederland heet.
Circulair. Terug naar de natuur, maar dan wel op een moderne en hightech manier. Wij menselijke soort zijn disconnected van die natuur. Moeten de natuur weer als inspiratiebron gaan zien. De natuur kent geen afval, hoogstens reststoffen. En de vraag is wat wij met restvoedsel gaan doen; opwerken tot iets hoogwaardigs of omlaagwerken naar iets laagwaardigs. Downcyclen is iets wat we in het verleden veel deden, tegenwoordig gaat het over recyclen en nog wezenlijker: upcyclen. Waste is Taste geworden.
Reduce reuse recycle
Dat zijn de nieuwe Principles. Waarde, Waardering, Opwaarderen. Dat is wat upcyclen doet. Geld stroomt naar waarde. Een goed werkende welvaarts- en welzijnsstaat moet je inrichten op het toevoegen van waarde. Dat noemen we biocascadering. Bio-wat? Biocascadering. Ik leg het uit.
Dat wil zeggen: je trekt eerst de meeste toegevoegde waarde (lees ook marge) uit de hoogste F uit de waardeketen. Stel je teelt mais als praktisch voorbeeld.
Haal dan eerst de inhoudsstoffen met de hoogste toegevoegde waarde voor Farma (weinig kilo’s, veel waarde) eruit. Wat overblijft, daar maak je Food van (popcorn), daarna Feed (diervoeding) daarna Fibers (vezels uit de maïsstengel), daarna pas Fuel (energie, vergisting, veel kilo’s weinig waarde). Dat is wat anders dan gesubsidieerd mais telen om deze rechtstreeks in de vergister te gooien.
Als je start bij de hoogste toegevoegde waarde, Farma, dan kun je cascaderen naar steeds lagere toegevoegde waarde (en steeds groter volume!): Farma - Food – Feed – Fibres - Fuel.
De 12 F-jes
Professor Rudy Rabbinge (Wageningen UR) heeft het beschreven. Hij doceerde daar zelfs over 12 F-jes:
- Farma: (Fragrances, Flavours, Flowers, gegroepeerd onder de groep Health), alle stofjes en werkzame moleculen uit de apotheek, komen van origine uit de natuur. De pillendraaiers maken ze synthetisch na, dat is de truc. Als al die stofjes uit de natuur komen en veel waarde hebben, zouden we dus ook de natuur als bron kunnen ontdekken, natuurlijke keuzes en… ‘’let food be the medicine’’. Voedsel is het beste recept voor gezondheid.
- Food: (Fruits, Fresh Vegetables, Food crops, Fodder, onder de groep Nutrition)
- Feed
- Fibres: (Functional molecules, Fermentation products, Fibers, onder de groep Chemicals en Materials)
- Fuel: (onder de groep Energy).
Alleen zo heb je optimale grondstofbenutting. Voor de eerste groep Health heb je slechts een paar vierkante meter nodig. Voor de laatste groep Energy vele hectares.
Naar de top met meer uit minder
Het is simpel: met biocascadering haal je meer toegevoegde waarde van minder vierkante meters. Als je dat goed doet creëer je veel meer waarde en voorkom je heel veel verspilling.
Daarom beste lezers dezes, ga eens tikkertje spelen met de F-jes. Dan bedoel ik niet de laagste league in de voetbal pupillen. Nee, de Formule 1. Zo krijgen we net als Max Verstappen weer een internationale podiumplaats in de F1: ontkurk en spuit de champagne in de Formule 1 van de Nederlandse humane eiwitketen als gids en als voorbeeld voor een betere en gezondere wereld geënt op waarde.
De definitie van waarde
De Ladder van Moerman is een model dat laat zien hoe voedsel/grondstoffen zo hoogwaardig mogelijk gebruikt kunnen worden. Het voorkomen van verspilling is de meest wenselijke situatie, en als dat niet mogelijk is het verwerken tot nieuwe grondstoffen voor veevoer of hoogwaardige materialen. Recycling, composteren of verbranden van voedsel zijn de minst wenselijke opties.
Modellen die niet gericht zijn op voorkomen van verspilling maar op toegevoegde waarde plaatsen boven menselijke voeding nog farmaceutische en cosmetische toepassingen van grondstoffen.
Hoe definieer jij toegevoegde waarde? Ik ga er graag met je over in gesprek.
Deel dit artikel
Meld je aan voor onze I-mailing
In onze I-mailing houden we je periodiek op de hoogte van de laatste ontwikkelingen bij Imagro. Nieuwe projecten, inspirerende blogs, openstaande vacatures én andere leuke weetjes. Vul je gegevens in wanneer je de I-mailing wil ontvangen.